donderdag 16 december 2010

Memories.. part II

Alweer twee jaar. Zolang is het geleden dat ik naar het Zuidelijk halfrond vertrok. Het is een cliché, maar ik gooi 'm er nog maar eens in: de tijd vliegt.

Een jaar nadat ik thuis kwam schreef ik onderstaand stukje op www.mennoh.waarbenjij.nu, mijn reisweblog destijds.



Memories..

Half december. In deze dagen, precies een jaar geleden, kreeg ik het idee om mijn broer op te zoeken in het verre Australië.
Kerstavond 2008 was het zover. Ik ging. Ik ging met eigenlijk geen idee van wat me te wachten stond.
Gek gevoel, bijna in je eentje in de vertrekhal van Schiphol Amsterdam. Inmiddels woon ik in deze stad, onze hoofdstad. Zo kan het lopen..

Nu, een jaar later heb ik ontzettend veel herinneringen. Ik kan rustig zeggen dat ik iedere dag nog wel eens aan iets denk wat met mijn reis te maken heeft. Dan weer door een bepaald nummer op de radio, dan weer gewoon zomaar...

Over herinneringen gesproken:

"No matter how far we travel, the memories will follow in the baggage car..."


Aldus ene Johan August Strindberg, een Zweedse auteur uit de 19e eeuw.
Heeft 'ie mooi gezegd. En opzich heeft 'ie natuurlijk wel een punt. Maar hoe dan ook, herinneringen vervagen. Zeker als je er zoveel hebt om te bewaren. Om dit dan een beetje te voorkomen kun je hier en daar een fotootje nemen en deze af en toe eens terugkijken. Leuk.

Nog leuker vond ik het om mijn videocameraatje hier en daar het werk te laten doen. Onafscheidelijk is het juiste woord om mijn band met dit apparaatje op sommige dagen te beschrijven.
Zes uur aan opnames is het gevolg..

Deze 360 minuten heb ik geknipt en geplakt in een clipje van een minuut of 10.

Dit is het resultaat:


Het is inmiddels een beetje gedateerd, maar ikzelf vind het nog altijd schitterend om het allemaal weer eens terug te zien...



'AustrasiA' - Menno Hettinga..

dinsdag 14 december 2010

We zijn er weer bij...

...en dat is prihimaaa!

Als vervolg op de meeloopdag bij het Klokhuis was het decor vandaag de Arnhemse Gelredome. Waar in dit theater normaal gesproken een mannetje of 22 achter een bal aan hollen, waren vanavond zo’n 30.000 mensen van de partij.  Het Mega Piratenfestijn stond op het programma. Dit hysterische-Hollandse-hits-hoogtepunt voor woonwagenkampbewoners was vandaag het lijdend voorwerp voor productiebedrijf Vigitech. Met 9 camera’s moest het Piratenfeestje worden vastgelegd voor de Johnny’s en Anita’s van deze wereld die er vanavond niet bij konden zijn.

Ik bevond mij afgelopen zaterdag overwegend tussen Oosterlingen en Limburgers. De vragen van productiemensen als “Ben ‘ie ok fgeelaancug?” en “Zijte gij hieg eegdeg gewees?” moest ik steeds ontkennend beantwoorden. Nee, ik ben geen freelancer. En nee, ik ben hier ook nog niet eerder geweest…
Ik had een nog onbekend gezicht was de conclusie. Klopt, kon ik dan toch bevestigen.

Bij binnenkomst van het nog lege stadion werd ik naar het podium begeleid. Gewoon even kijken. Schitterend zo’n all-access polsbandje. Op dat moment stond Lee “you’ll never walk alone” Towers met z’n onafscheidelijke gouden microfoon net te soundchecken. “Wat een sfeer!” wist hij galmend de leegte in te roepen. Prima acteer werk, net echt.

Ik speelde vanavond de schaduw van cameraman Frank. Zijn taak was om vrolijke, hossende mensen in beeld te brengen zodat thuisblijvers een hé-het-was-daar-best-een-dolle-boel achtig idee zouden krijgen.
Hij deed dit niet vanaf een verhoging of in vanuit een speciaal ingeruimde geul, maar daadwerkelijk van tussen de menige. Gewapend met een headset, met daarop de aanwijzigen van de regisseur en een volle accu ging ik samen met Frank richting het front. Naarmate de avond vorderde en dus het alcohol percentage in het bloed van de feestgangers steeg, leek een deel van deze mensen zich namelijk steeds meer als onze vijand te manifesteren.
Natuurlijk is het interessant om een cameraman tegen te komen en natuurlijk is het grappig om dan op knopjes te gaan drukken of aan kabeltjes te gaan trekken. Nu zeg ik niet dat de stoere types met de  gouden kettingen, oorbelletjes en het standaard matje in de nek dit echt van plan waren, maar de jolige zinnetjes, geroepen met de bekende dubbele tong, in de trend van:  ‘Hé jongens! Wat zou er gebeuren als ik hier aan trek?!’ richting de minstens zo stoere vriendjes gaven me toch steeds het idee dat ik toch even moest opletten en hier en daar een arm moest wegduwen. Op af en toe een opstandig kampertje na, ging dat prima. Totdat een technicus een defect aan de camera wilde komen repareren. Die keek me toch even een tikkie vreemd aan toen ik hem uit de buurt van het apparaat wilde houden…

Toch waren de meeste mensen in een heerlijk vrolijke bui. Dat kan natuurlijk ook niet anders wanneer de eeuwig vrolijke Wolter Kroes z’n best doet om zijn opgenomen stem op de muziekband te overschreeuwen dat 'ie weer de hele nacht heeft liggen dromen. Zelfs tijdens het voorprogramma, met niet eens b-artiesten, maar zangers uit de categorie c, d, e en f artiesten, kon iedereen de uiteraard kwalitatief hoogstaande teksten woord voor woord meeblèren. Toch knap.

Om de haverklap werd ik aan m’n shirt getrokken of de cameraman zich even wilde omdraaien omdat dochters, vriendjes en oma’s thuis voor de tv zaten en ze graag naar ze wilden zwaaien. Mensen lijken op zo’n moment geen idee te hebben van het verschil tussen een live-uitzending en een opname waar 90% voor de prullenbak wordt opgenomen.
Ook de vraag wat ik op mijn koptelefoon hoorde kwam meer dan eens voorbij. Toen ik voor de derde keer aan iemand uitlegde dat ik op daar toch echt betere muziek op hoorde dan wat Thomas Berge en Sieneke op het podium presteerde vond ik mijn grapje inderdaad ook best wel flauw.

Om me heen werden de brugklas-meisjes met Nick en Simon sjaaltjes steeds onrustiger. De slotact naderde. Nadat de het Volendamse duo twee nummertjes afraffelde en de naar bier stikkende meute het veld had verlaten, moest er in een sneltreinvaart afgebroken worden. Zo’n 12 uur later werd de normale functie van het stadion weer in werking gesteld.
Om half 1 moest er weer gevoetbald worden, Ajax kwam op visite. Nu maar hopen dat de kroeglucht tegen die tijd weer een beetje opgetrokken was.