maandag 14 maart 2011

Prins op het (t)witte(r) paard..


Een jaar of wat geleden hoorde ik het woord ‘Twitter’ in de wandelgangen voorbij komen. Wat is dat nou weer?! Ik had geen flauw idee. Steeds vaker kwam het toch wel opvallende en bijzondere woord voorbij. En dan word ik nieuwsgierig. Ik weet nog wat ik dacht toen ik achter de betekenis kwam: Oh? Is dit het nou? En wat is het nut daarvan?
Wat maakt mij het nou uit dat Kees van de buren in de bus zit naar school of dat de slager op de hoek op verjaardagsvisite is bij z’n neefje. Wat een lol. En waarom zou ik mensen aan hun neus hangen dat ik me verslapen heb of dat ik zojuist een patatje heb gegeten. #daarbeginiknietaan.

Ik was dus vrij sceptisch over het concept en ik zou er ook nooit aan beginnen. Wat een onzin. Net zoals ik ook altijd pertinent geweigerd heb een Hyves-profiel aan te maken. Wat heb je daar nou aan.

 Dat van dat Hyves gebeuren heb ik lang volgehouden. Sterker nog: ik was waarschijnlijk één van de, pak ’m beet twaalf Nederlandse 16-jarigen die er van onthouden was. Hetzelfde gold altijd voor het fenomeen Facebook. Wederom onder het mom: wat moet je daar nou mee. Ik zie m’n vrienden liever in levende lijve.
Nu moet ik toegeven dat ik voor dat laatste inmiddels gezwicht ben. Met name na mijn buitenlandse avontuurtjes vond ik het eigenlijk best leuk om in contact te blijven met de mensen die ik daar heb leren kennen.

Ook heb ik op een gegeven moment de stoute schoenen aangetrokken en zowaar een Twitter-account aangemaakt. Ik kreeg een nieuwe telefoon met daarop een Twitterfunctie. En omdat ik mijn spullen graag optimaal gebruik, moest ik dus ook dit deel van de nieuwe media maar eens een vuurdoop gunnen. En zo werd ik een heuse (weliswaar passieve) Twitteraar: volgen maar niet ‘tweeten’. Puur uit nieuwsgierigheid. Wat zetten die Twitteraars nou eigenlijk veelvuldig online wat mij moet interesseren?

Totdat ik (ik geloof dat ik een, naar eigen mening, briljante woordgrap bedacht had) het nodig vond om mijn eigen zegje eens te doen. Dit gebeurde onder mijn schitterend verzonnen twittername @mennhettn. Inderdaad een ietwat verkeerde spelling van het bekende deel van New York en tegelijkertijd een samenvoeging van (een deel van) mijn voor- en achternaam. 
Euforie. Mijn eerste tweet was geboren. Dit is inmiddels ruim een jaar geleden. Tot mijn eigen verbazing heb ik vandaag al mijn 600ste berichtje van maximaal 140 tekens de wijde wereld in gebonjourd. Als ik dan eens kijk wat ik dan allemaal tweet of twitter (of hoe je het ook mag noemen) zijn dat veelal reacties op andere Twitteraars en inderdaad, vrij nutteloze opmerkingen die eigenlijk totaal geen meerwaarde zijn voor mijn volgers. Toch vind ik het stiekem toch leuk om, vaak gepaard met foto, een opmerking online te gooien.

Dan loop ik door de stad en dan zie ik onderstaand tafereel. Vervolgens ontstaat er in mijn hoofd een onderschrift van een foto die nog niet eens gemaakt is. Dan heb ik al gauw een binnenpretje en ja: dan vind ik het nodig om dat even te twitteren (of tweeten, of whatever).
Inderdaad. Vrij flauw. Maar op zo'n moment wil ik het dan toch eventjes delen. 

@menhettn: Je hoeft heus niet
gestudeerd te hebben voor
een hoge functie...
Verder heb ik al wel degelijk voordelen van  het steeds populairder wordende medium ontdekt. Ik heb bijvoorbeeld mijn stageadres gevonden via Twitter, door het ‘volgen’ van een vacaturesite. Verder kun je vragen stellen door de ‘hashtag’ #durfttevragen te gebruiken. Dit kan ontzettend handig zijn omdat er altijd mensen zijn die antwoord weten op jouw vraag. Je stelt je vraag namelijk aan duizenden mensen tegelijk.
Zo'n hashtag gebruik ik regelmatig. Als ik naar programma’s als De Wereld Draait Door kijk, heb ik vaak #DWDD bij de zoekfunctie op twitter ingetypt. Zo krijg je te zien wat anderen op dat moment twitteren over het programma. Zo kijk je op een bepaalde manier samen tv, ook al zit je in je eentje op de bank. Zo werkt het ook met bijvoorbeeld voetbalwedstrijden. Dit maakt het kijken vaak net iets interessanter.

Tot slot kijk ik altijd even wat de ‘Trending Topics’ zijn: de onderwerpen waar het meest over getwitterd wordt. Zo heeft Twitter zich tegenwoordig al ontwikkeld tot een soort nieuwsbron. Iedereen die Twittert is immers een soort journalist. Hoewel hier ook weer over gediscussieerd kan worden.
Maar neem de brand van Moerdijk. Alle twitteraars in de omgeving lieten via dit medium direct weten dat er iets aan de hand was. Zo werd in één klap de lijst van Trending Topics aangevoerd met woorden als #GROTEBRAND,  #MOERDIJK,  #EXPLOSIE en #RAMP. Dan weet je als twitteraar aan de andere kant van het land dat er in Moerdijk iets ergs is gebeurd. Nog voordat serieuze media als Telegraaf en NU.nl het gemeld hebben.

Ook kun je Twitter prima als digitale ‘reclamefolder’ gebruiken. Bijvoorbeeld door al je volgers te laten weten dat je weer een nieuwe blog hebt geschreven. Dit heeft, zo laten de statistieken weten, wel degelijk invloed op het aantal lezers van mijn Blog...

#waartwitterdantochnoggoedvooris

Samen is niet alleen..

En jawel. Daar is hij dan. Paris Hilton zou zeggen “My BFF”. Iets anders dat de lading dekt is de naam van een serie die in de jaren ’90 op SBS te zien was. De heer Jan Smit heeft er een heuse meezinger over geschreven en wie kent niet het groepje twintigers uit Manhattan dat hun koffie graag dronk in koffiehuis ‘Central Perk´. Dit alles gaat over vrienden. Ik heb het over Best Friend Forever, Vrienden Voor Het Leven en natuurlijk Friends.
“Toen wij elkaar hier tegenkwamen
Werd jij mijn grote ideaal
Jij beheerst mijn bestaan totaal
Niet langer vrij
Maar verder samen”

Met mijn nieuwe vriend heb je niet direct een goed, diepgaand gesprek onder het genot van een kop koffie of een koud biertje. Maar het is wel een vriend om mooie momenten mee te delen. Deze vriend helpt je dingen te herinneren. En deze vriend laat anderen meegenieten van momenten die jij beleeft. Deze momenten leg je samen vast. Deze vriend neem je, zonder dat hij tegenstribbelt, overal mee naartoe. Soms voelt ‘ie zich wat leeg, maar na wat nieuwe energie staat ‘ie weer uren paraat.
Je hoort ‘m nooit zeuren en hij is, desgewenst, altijd gefocust op z’n doel.  Het is wel een vriend met een gebruiksaanwijzing. Met zijn vele eigenschappen, weet je precies wat je aan hem hebt. Het is nu alleen nog een kwestie van veel tijd met elkaar doorbrengen om elkaar beter te leren kennen.
“Want wij zijn
Vrienden voor het leven
Kameraden tot de laatste dag
Vrienden voor het leven
Als 't kan, als 't lukt, als ’t mag”
Ze zeggen wel eens ‘vriendschap is niet te koop’. Maar ik heb er, voor mijn doen, toch een vermogen voor neergeteld. Ik liep in m’n eentje de speciaalzaak binnen en samen gingen we naar buiten. Vanaf nu ga ik mijn leven delen met mijn nieuwe best friend forever en vriend voor het leven:  Ik heb een nieuwe camera.


zaterdag 15 januari 2011

De Commercie Draait Door

Opdracht: Opiniestuk Mediapsychologie

Woorden met de toevoeging ‘te’ ervoor worden vaak als negatief gezien. Het is zomers lekker vertoeven op het strand, tenzij het te warm is. Je wordt misselijk als je teveel eet en je kunt een brief van het Centraal Justitioneel Incassobureau verwachten als je te snel hebt gereden.
Toch hoor je ook wel eens ‘te gek!’ In deze vorm kan het juist niet positiever. Taalgebruik verandert. Hetzelfde geldt voor commercie. In mijn ogen slaat de commercie door. Het wordt allemaal teveel van het goede.

Al in de Gouden Eeuw werd er reclame gemaakt, in kranten. Er zijn zelfs reclameboodschappen teruggevonden in de ruïnes van Pompeï, uit het Romeinse rijk. Toen zag je voornamelijk propaganda en maar heel mondjesmaat werd reclame gemaakt om producten aan de man te brengen. Tegenwoordig is reclame volkomen onmisbaar geworden in de westerse wereld. En dat is te merken ook.

Neem een programma als The Voice of Holland, het regelrechte kijkcijferkanon van RTL. Wekelijks drukken miljoenen mensen op knopje 4 van hun afstandsbediening in afwachting van de zangkunsten van een tattoo-artiest en de Bob Marley van de lage landen. Terwijl idolaat Nederland er maar weer eens goed voor gaat zitten, hangt bedenker John de Mol heerlijk onderuit gezakt op de bank naast de rinkelende kassa.
We zijn nog niet goed en wel begonnen of het eerste reclameblok staat alweer voor de deur, waarin ons wordt verteld welke bedrijven dit programma mede mogelijk maken. Nadat we een minuut of zeven de kans krijgen ons boodschappenlijstje aan te vullen, worden we het slachtoffer van ‘non-spot advertising’. We zien de kandidaten druk bezig in de Vodafone-rode Red Room met gesponsorde Ipads. Zo nu en dan zie je een kandidaat met een zuur gezicht een Haribo snoepje naar binnen werken en pakt er iemand net iets te opvallend een flesje frisdrank uit de koelkast. (Met uiteraard duidelijk het etiket naar de kijker gericht.) Waar vervolgens dan geen slok van wordt genomen. Vergeten.
Ook zou je bijna vergeten dat er tussen de commercials door nog even wordt gezongen. In het twee uur durende programma wordt er ongeveer 30 minuten écht gezongen.
Soms komen er zelfs topartiesten langs. Goed gedaan: trekt kijkers. En leuk dat ze speciaal voor TVOH naar Nederland komen. Oh, wacht eens even, ze geven binnenkort een concert in Nederland. Er moeten kaartjes verkocht worden. Morgen begint de voorverkoop. Win-win situatie.
Ik snap dat er geld in het laatje moet komen. Mede hierdoor is het een schitterende show met een fantastisch decor, maar het kan wel wat minder. Op z’n minst iets subtieler. En ohja! Onze favoriet staat achter in de peilingen dus er moet ge-sms’t worden. “KATSJING” is er in heel ’t Gooi te horen vanuit huize De Mol.

Ook De Wereld Draait Door, in principe een prima programma, wordt langzamerhand een audiovisuele reclamefolder. Huis-aan-huis geleverd. Als de aangetrouwde neef van mijn buurman een boek heeft geschreven over koetjes en kalfjes, mag hij daar bij Mathijs aan tafel een paar minuten over komen vertellen. Nu verkrijgbaar in de betere boekhandel! Voor maar € 14,95.

De bakker op de hoek, die niet eens van muziek en lezen houdt, maar van voetbal, heeft er ook last van. Hij kan niet eens meer naar het stadion omdat de bond beslist heeft dat er op onmogelijke tijdstippen gespeeld moet worden. De bond? Herstel: de commercie. Er moeten namelijk drie wedstrijden achter elkaar live uitgezonden worden. En zo zijn er voorbeelden te over te verzinnen. Houdt het dan nooit op? Nee, de commercie draait door…

donderdag 6 januari 2011

A New Day..

Je hebt het wel eens. Je gaat naar de stad om iets te halen, maar je komt met iets heel anders thuis. Soms zelfs zonder dat je dat ene wat je nodig had, gekocht hebt. Een soortgelijk moment had ik net. Ik was opzoek naar iets en daardoor vond ik iets heel anders. Ik stuitte op een notitieboekje wat ik bij me had tijdens mijn reis in 2009. Ik schreef er altijd mijn kladjes voor mijn weblog in. Ik kon het niet laten om er weer eens doorheen te bladeren.

Tussen de pagina's met slordig geschreven tekstjes en uit verveling gemaakte tekeningetjes vond ik ook iets wat op een gedicht moest lijken. Blijkbaar vond ik het op het moment van schrijven nodig om mijn dichttalent weer eens op te roepen. Ik wist van het bestaan van dit poëtische meesterwerkje niets meer af. Veel indruk op mij heeft het duidelijk niet gemaakt. Duidelijk is wel dat ik met spoed een nieuwe groene stift nodig heb...


  A NEW DAY JUST BEGUN
 
  Lookin' back at 
  the things i've done.

  Whistling and chanting 
  under the bright shinin' sun.

  Up above all blue, clear skies,
  lookin' for another memory to
  appear to my eyes.

  Yep, on a moment like
  this, it's obvious,
  a new day just begun..



donderdag 16 december 2010

Memories.. part II

Alweer twee jaar. Zolang is het geleden dat ik naar het Zuidelijk halfrond vertrok. Het is een cliché, maar ik gooi 'm er nog maar eens in: de tijd vliegt.

Een jaar nadat ik thuis kwam schreef ik onderstaand stukje op www.mennoh.waarbenjij.nu, mijn reisweblog destijds.



Memories..

Half december. In deze dagen, precies een jaar geleden, kreeg ik het idee om mijn broer op te zoeken in het verre Australië.
Kerstavond 2008 was het zover. Ik ging. Ik ging met eigenlijk geen idee van wat me te wachten stond.
Gek gevoel, bijna in je eentje in de vertrekhal van Schiphol Amsterdam. Inmiddels woon ik in deze stad, onze hoofdstad. Zo kan het lopen..

Nu, een jaar later heb ik ontzettend veel herinneringen. Ik kan rustig zeggen dat ik iedere dag nog wel eens aan iets denk wat met mijn reis te maken heeft. Dan weer door een bepaald nummer op de radio, dan weer gewoon zomaar...

Over herinneringen gesproken:

"No matter how far we travel, the memories will follow in the baggage car..."


Aldus ene Johan August Strindberg, een Zweedse auteur uit de 19e eeuw.
Heeft 'ie mooi gezegd. En opzich heeft 'ie natuurlijk wel een punt. Maar hoe dan ook, herinneringen vervagen. Zeker als je er zoveel hebt om te bewaren. Om dit dan een beetje te voorkomen kun je hier en daar een fotootje nemen en deze af en toe eens terugkijken. Leuk.

Nog leuker vond ik het om mijn videocameraatje hier en daar het werk te laten doen. Onafscheidelijk is het juiste woord om mijn band met dit apparaatje op sommige dagen te beschrijven.
Zes uur aan opnames is het gevolg..

Deze 360 minuten heb ik geknipt en geplakt in een clipje van een minuut of 10.

Dit is het resultaat:


Het is inmiddels een beetje gedateerd, maar ikzelf vind het nog altijd schitterend om het allemaal weer eens terug te zien...



'AustrasiA' - Menno Hettinga..

dinsdag 14 december 2010

We zijn er weer bij...

...en dat is prihimaaa!

Als vervolg op de meeloopdag bij het Klokhuis was het decor vandaag de Arnhemse Gelredome. Waar in dit theater normaal gesproken een mannetje of 22 achter een bal aan hollen, waren vanavond zo’n 30.000 mensen van de partij.  Het Mega Piratenfestijn stond op het programma. Dit hysterische-Hollandse-hits-hoogtepunt voor woonwagenkampbewoners was vandaag het lijdend voorwerp voor productiebedrijf Vigitech. Met 9 camera’s moest het Piratenfeestje worden vastgelegd voor de Johnny’s en Anita’s van deze wereld die er vanavond niet bij konden zijn.

Ik bevond mij afgelopen zaterdag overwegend tussen Oosterlingen en Limburgers. De vragen van productiemensen als “Ben ‘ie ok fgeelaancug?” en “Zijte gij hieg eegdeg gewees?” moest ik steeds ontkennend beantwoorden. Nee, ik ben geen freelancer. En nee, ik ben hier ook nog niet eerder geweest…
Ik had een nog onbekend gezicht was de conclusie. Klopt, kon ik dan toch bevestigen.

Bij binnenkomst van het nog lege stadion werd ik naar het podium begeleid. Gewoon even kijken. Schitterend zo’n all-access polsbandje. Op dat moment stond Lee “you’ll never walk alone” Towers met z’n onafscheidelijke gouden microfoon net te soundchecken. “Wat een sfeer!” wist hij galmend de leegte in te roepen. Prima acteer werk, net echt.

Ik speelde vanavond de schaduw van cameraman Frank. Zijn taak was om vrolijke, hossende mensen in beeld te brengen zodat thuisblijvers een hé-het-was-daar-best-een-dolle-boel achtig idee zouden krijgen.
Hij deed dit niet vanaf een verhoging of in vanuit een speciaal ingeruimde geul, maar daadwerkelijk van tussen de menige. Gewapend met een headset, met daarop de aanwijzigen van de regisseur en een volle accu ging ik samen met Frank richting het front. Naarmate de avond vorderde en dus het alcohol percentage in het bloed van de feestgangers steeg, leek een deel van deze mensen zich namelijk steeds meer als onze vijand te manifesteren.
Natuurlijk is het interessant om een cameraman tegen te komen en natuurlijk is het grappig om dan op knopjes te gaan drukken of aan kabeltjes te gaan trekken. Nu zeg ik niet dat de stoere types met de  gouden kettingen, oorbelletjes en het standaard matje in de nek dit echt van plan waren, maar de jolige zinnetjes, geroepen met de bekende dubbele tong, in de trend van:  ‘Hé jongens! Wat zou er gebeuren als ik hier aan trek?!’ richting de minstens zo stoere vriendjes gaven me toch steeds het idee dat ik toch even moest opletten en hier en daar een arm moest wegduwen. Op af en toe een opstandig kampertje na, ging dat prima. Totdat een technicus een defect aan de camera wilde komen repareren. Die keek me toch even een tikkie vreemd aan toen ik hem uit de buurt van het apparaat wilde houden…

Toch waren de meeste mensen in een heerlijk vrolijke bui. Dat kan natuurlijk ook niet anders wanneer de eeuwig vrolijke Wolter Kroes z’n best doet om zijn opgenomen stem op de muziekband te overschreeuwen dat 'ie weer de hele nacht heeft liggen dromen. Zelfs tijdens het voorprogramma, met niet eens b-artiesten, maar zangers uit de categorie c, d, e en f artiesten, kon iedereen de uiteraard kwalitatief hoogstaande teksten woord voor woord meeblèren. Toch knap.

Om de haverklap werd ik aan m’n shirt getrokken of de cameraman zich even wilde omdraaien omdat dochters, vriendjes en oma’s thuis voor de tv zaten en ze graag naar ze wilden zwaaien. Mensen lijken op zo’n moment geen idee te hebben van het verschil tussen een live-uitzending en een opname waar 90% voor de prullenbak wordt opgenomen.
Ook de vraag wat ik op mijn koptelefoon hoorde kwam meer dan eens voorbij. Toen ik voor de derde keer aan iemand uitlegde dat ik op daar toch echt betere muziek op hoorde dan wat Thomas Berge en Sieneke op het podium presteerde vond ik mijn grapje inderdaad ook best wel flauw.

Om me heen werden de brugklas-meisjes met Nick en Simon sjaaltjes steeds onrustiger. De slotact naderde. Nadat de het Volendamse duo twee nummertjes afraffelde en de naar bier stikkende meute het veld had verlaten, moest er in een sneltreinvaart afgebroken worden. Zo’n 12 uur later werd de normale functie van het stadion weer in werking gesteld.
Om half 1 moest er weer gevoetbald worden, Ajax kwam op visite. Nu maar hopen dat de kroeglucht tegen die tijd weer een beetje opgetrokken was.



woensdag 24 november 2010

Na Rein komt zonne......

Waarom heeft een hond eigenlijk een staart? Ik heb het me wel eens afgevraagd.

En ik werd wakker. Het is 22 november, 05:00 uur wist mijn wekker me te vertellen. Niks geen mooie damesstem die mij lichtjes wekte, een hard eentonig  gejengel was de werkelijkheid. Ik zat in ieder geval direct rechtop in bed. Geen onhandig gezoek naar een koffiefilter, alleen even een knopje omzetten en viola: mijn trouwe koffiezetapparaat weet zijn functie weer naar behoren uit te oefenen. Voorbereiding mensen, voorbereiding…
Zoals duidelijk moge zijn, geen enkele sprake van een of ander déjà vu dus.

Om kwart over 6 heb ik een afspraak met freelance cameraman Jan Rein Hettinga op het mediapark in Hilversum. Aan zijn hoofd loop ik al een tijdje te zeuren of ik niet een  keertje met hem mee mag lopen. Nu ik voor school een snuffelstage moet doen, zag ik mijn kans schoon om de heer Hettinga weer eens te ‘contacten’. Inderdaad, de man heeft een prima achternaam. Maar toch wens ik geen reacties met een toontje van: och lekker makkelijk, hij kan natuurlijk met z’n oom mee of zoiets dergelijks. Als ik bij Jan Rein deze morgen namelijk een lichte zachte G denk te herkennen en ik toch echt een oprjochte Fries ben, weet ik het zeker. De kans dat Noord- en Zuid Korea gezamenlijk het WK voetbal van 2022 organiseren is groter dan dat wij familie zijn.

Als de auto is ingepakt, rijden we samen met geluidsman Cor richting Leiden. Om op die ‘afgekloven appel’ terug te komen: er staat een draaidag van kinderprogramma Het Klokhuis op het programma en ik ga kijken hoe men dit aanpakt. Rond een uurtje of 8 is er afgesproken met de overige crew-leden bij museum Naturalis, het decor waar de rest van de dag zich afspeelt. Nooit van Naturalis gehoord? Dat is dan zeker een gebrek aan je opvoeding. Zoals mijn opvoeding blijkbaar ook niet geheel vlekkeloos verlopen is.

“Menno, pak jij even dat witte scherm? Ligt nog in de auto.” Tuurlijk, geen probleem. Eerste opstakel was de uitgang van het gebouw vinden. Dat valt nog niet mee in een museum voor openingstijd, vol op elkaar lijkende vitrinekasten en waar de meeste deuren nog dicht zitten. Uiteraard kom ik daarna terug met het verkeerde voorwerp. Begint lekker.
“Geeft niet, kon hij ook niet weten” probeert Jan Rein me nog een beetje te verdedigen...
Als ik zeg dat het bedoelde ding zo’n beetje tegen de onderkant van het dak van de auto lag, heb ik dan een goed excuus dat ik het niet zag? Nouja, laat maar zitten.

“Een hond gebruikt zijn staart om aan te geven hoe hij zich voelt. De staart is dus zijn communicatiemiddel,” zo legt een medewerkster van het museum aan presentator Mustafa uit.

Vandaag staat in het teken om VVK’tjes te draaien, vragen van kinderen. De regisseur van dienst (die gelukkig instemde met mijn voor-de-voet-loop-dag) is al op locatiebezoek geweest en heeft al precies in z’n hoofd hoe hij het hebben wil. Via een op voorhand rond gemaild script weet iedereen hoe en wat er gebeuren gaat. Met zorg kiest Jan Rein een positie om alles netjes in beeld te brengen. Vanaf statief of toch vanaf de schouder? Met links en rechts een lamp hoor ik dan eindelijk de woorden: Camera loopt, in drie, twee, ….
Nauwlettend houd ik hem in de gaten. Hier en daar stel ik een vraag, maar ergens wil ik men ook niet van het werk houden. Toch krijg ik steeds netjes antwoord.
Het is een interessante dag en je zult altijd zien dat er onverwachte dingen gebeuren die het maken van opnamen (of is het toch opnames?) kunnen vertragen. Noem een uitgaand licht, noem een overijverige stofzuigende schoonmaker, noem een langshuppelende kleuterklas. Overmacht of toch te weinig voorbereiding? Ik hou het op overmacht. Bij de groep kids mocht de onvermijdelijke vraag natuurlijk niet ontbreken: Wanneer wordt het uitgezonden?

Op het callsheet was voor ieder te maken item twee uur ingecalculeerd en voor vandaag stonden er drie op het programma. De ploeg begon om 10 uur daadwerkelijk met draaien, you do the math…
Ik geloof dat het inmiddels over vijven  was dat alles erop stond. Als Jan Rein uit Friesland zou komen had ie gezegd, of in ieder geval gedacht: Ik heb m’n nocht. Dat kon ik aan z’n gezicht zien. Ik zeg niet dat het op onweer stond, maar een zomers buitje had het kunnen zijn. Maar met een naam als Rein, wat Fries is voor regen, is dat eigenlijk ook helemaal niet erg. Het kwam door een samenloop van omstandigheden, waar iedereen het wel mee eens was. De conclusie was dat drie items op één dag eigenlijk net iets te veel van het goede is.

Zo’n dertien uur nadat ik ervan opstond, plofte ik weer neer op mijn bed/bank. Het was een lange, maar zeker geen onaangename dag. Ik vond het erg interessant en leuk om te zien. Ik weet na vandaag alles over brandnetels, het opgraven van dinosauriërs en hondenstaarten en ik heb een aardige indruk gekregen van het leven van Jan Rein, zijn zakelijke leven welteverstaan.  En dan te bedenken dat zulke lange dagen eerder regel dan uitzondering zijn.

Aretha Franklin kwam er eind jaren zestig al mee aanzetten, maar ik herhaal het nog maar eens:
R-E-S-P-E-C-T…

Mijn dank gaat uit naar

Leo Onderwater – Regie
Cor Brinkman – Geluid
Donja Burggraaf – Productie
Mustafa Marghadi – Presentatie
en
Jan Rein Hettinga – Camera

dat ik hun deze dag in de weg mocht lopen…